Audi
Na de Sportback en de sedan krijgt de Audi A3 een nieuwe Allstreet-versie met zijn facelift voor 2024. Maar is dit het enige interessante nieuws in het gamma van de compacte Duitser?
In 2007 werd de Corolla in Europa vervangen door de Auris. Een naamsverandering die we nooit begrepen hebben, want ondanks zijn ietwat saaie bijklank blijft ‘Corolla’ een naam die staat als een huis. Sinds 1966 werden er wereldwijd al bijna veertig miljoen exemplaren van verkocht. Geen enkele andere auto scoort beter, zelfs niet de VW Golf die onlangs de kaap van dertig miljoen stuks rondde.
Samen met de naamswissel verdween de breakversie uit het gamma. De eerste Auris was alleen beschikbaar als drie- of vijfdeurs, de vierdeurs sedan bleef dan weer vreemd genoeg het Corolla-logo voeren. Niet bepaald een toonbeeld van geslaagde marketing en dat heeft Toyota ongetwijfeld klanten gekost. Met de volledig nieuwe tweede generatie van de Auris lijken de Japanners hun zaakjes beter op orde te hebben.
De Auris slaagde er dit jaar in om zijn verkoop met 45 procent op te voeren en staat op de vijfde plaats in zijn segment in Europa, waar alle toppers (Golf, Focus, Mégane en Astra) hun volume zagen dalen tegenover vorig jaar. De nieuwe break moet de positie van de Auris nog verstevigen, vooral op de fleetmarkt waar Toyota het traditioneel wat moeilijker heeft. Dit jaar hoopt Toyota 100.000 hatchbacks en 30.000 breaks te verkopen, in 2014 respectievelijk 90.000 en 50.000 stuks. Zo’n 1.500 Aurissen komen volgend jaar naar België, waarvan 30 procent breaks.
Ruime keuze
Net als de vijfdeurs kan de Auris Touring Sports uitpakken met een breed motorengamma. Meer nog: het is de enige break in dit segment die zowel als benzine, diesel en hybride leverbaar is. Bij de vijfdeurs is het aandeel per aandrijving netjes in drieën verdeeld, maar onder invloed van de fleetmarkt zouden in de break iets meer diesels en hybrides verkocht worden.
De twee benzines, de 1.33 (99 pk) en de 1.6 (132 pk), zullen in België nauwelijks 10 procent van de verkoop uitmaken. Toyota verwacht dat ongeveer de helft van de klanten voor de 1.4 D-4D (90 pk) of 2.0 D-4D (124 pk) kiest. De hybride (136 pk) neemt de overige 40 procent voor zijn rekening.
Diesel of hybride?
Tijdens een eerste test in Mallorca konden we alvast kennismaken met de 2.0 D-4D en de hybride. Vooral die eerste wist ons aangenaam te verrassen. Hoewel Toyota in zijn communicatie sterk focust op de voordelen van de hybride (lagere onderhoudskosten, laag voordeel alle aard (VAA), CO2-uitstoot van 85 g/km, …), vormt de 2.0 D-4D meer dan een valabel alternatief.
Deze viercilinder levert 124 pk en overtuigt vooral door zijn soepelheid en stille werking. De motor is zo discreet dat rij- en rolgeluiden wel wat meer opvallen, al wordt het nooit echt storend. Flitsende acceleraties moet je niet verwachten, maar de 2.0 D-4D is een prima keuze voor wie vooral snelwegtrajecten rijdt. Ook de manuele zesversnellingsbak die zeer vlot schakelt, verdient een eervolle vermelding. Het verbruik blijft beperkt tot 4,4 l/100 km (115 g CO2/km) in theorie en pakweg een dikke liter meer in de praktijk.
De hybride is meer geschikt voor een rustige rijstijl. De CVT-automaat houdt niet van plotse acceleraties en de 1.8 benzinemotor klinkt erg onaangenaam hoog in de toeren. Voor rijsensaties ben je hier aan het verkeerde adres, zeker omdat de stuurbekrachtiging erg kunstmatig aanvoelt (meer dan in de dieselversie). Het verbruik is echter een meevaller: 3,7 l/100 km of tijdens de test 5,2 l/100 km.
Praktisch
De Touring Sports staat op dezelfde wielbasis als de vijfdeurs maar is 28,5 cm langer, wat volledig ten goede komt aan de bagageruimte. In vergelijking met de hatchback werd ook de tildrempel van de koffer 10 cm verlaagd voor een vlottere toegang. Bijzonder handig zijn de twee hendels aan de zijkant van de koffer waarmee je in een handomdraai de achterbank neerklapt en de ruimte uitbreidt van 530 tot 1.658 liter. Uitstekend, al doet de nieuwe Skoda Octavia Combi het op dat vlak nog net iets beter.
Opvallend is ook dat de bagageruimte in de hybride even groot is als in de versie met verbrandingsmotor. Het batterijpakket vond namelijk een plekje onder de achterbank. De hybride heeft wel één praktisch nadeel tegenover de benzines en de diesels: omdat de elektro- en benzinemotor onderin te zwak zijn, kan de trekhaak maar 345 kg slepen. Wil je op reis met de caravan, dan is de 2.0 D-4D (1.500 kg sleepvermogen) de aangewezen keuze.
Conclusie
Met prijzen vanaf 18.340 euro (1.33), 19.780 euro (1.4 D-4D) en 25.820 euro (1.8 hybride) ligt de Auris Touring Sports in de middelmaat van de categorie en kost hij ongeveer 1.000 euro meer dan een vergelijkbare vijfdeurs. De hybride is niet veel duurder dan de 2.0 D-4D (25.140 euro) en interessant door zijn lage gebruikskosten.
Met de Auris Touring Sports haal je een degelijke auto in huis met een comfortabele ophanging, gezonde wegligging, praktische koffer en laag verbruik (hybride). Teleurstellend zijn de weliswaar degelijke maar ouderwetse aankleding van het interieur (harde plastics en een klokje uit de begindagen van de Corolla) en het gebrek aan rijsensaties, vooral in de hybride.
