Audi
Na de Sportback en de sedan krijgt de Audi A3 een nieuwe Allstreet-versie met zijn facelift voor 2024. Maar is dit het enige interessante nieuws in het gamma van de compacte Duitser?
We komen niet terug op de “koetswerkgimmicks” van Volvo en Audi om de A4 en V60 in avontuurlijke breaks te transformeren. Sinds de lancering van de pioniers van de “breaks zonder vrees”, die de indruk wekken bij de minste gelegenheid van de platgetreden paden te kunnen, blijft het recept ongewijzigd. Die pioniers? De Subaru Outback in 1995, de Volvo XC70 twee jaar later en de Audi A6 Allroad in 1999.
Al die modellen besteden meestal meer aandacht aan hun avontuurlijke stijl dan aan hun werkelijke terreinprestaties en hebben fier plastic verstevigingen om zich heen gedrapeerd. We geven ook mee dat Volvo het recept niet alleen toepast op zijn V60 break. De S60 berline kan ook een avontuurlijk jasje aangemeten krijgen. Een primeur in die categorie.
20 cm, dat kan tellen!
In het geval van onze twee kemphanen is het de Volvo die de meeste wil toont om zijn reputatie te verstevigen vooraleer in het avontuur te duiken. De CC-variant (voor Cross Country) verhoogt zijn bodemvrijheid met 65 mm! Dat is veel voor dit segment en bijna het dubbele van wat de Duitse ingenieurs deden met de nieuwe A4 Allroad. Vergeleken met de stadsversie doet de Duitse avonturier het met een 35 mm hogere bodemvrijheid.
Hoewel de nieuwe A4 Allroad voortaan een optionele adaptieve ophanging heeft voor meer comfort, beschikt hij nog steeds niet over een demping met variabele hoogte. Die blijft gereserveerd voor de grotere A6 Allroad. De A4 Allroad stelt het dus met een bodemvrijheid van 16,6 cm. Dat is op zich al goed, maar de Volvo heeft 20,1 cm ter beschikking vooraleer hij in het stof bijt.
Eco-Quattro
Wanneer je moeilijk terrein betreedt, ofwel naast het asfalt of op vettig/nat wegdek, heeft de A4 Allroad een onmiskenbaar voordeel: zijn vierwielaandrijving. Bij Audi willen ze gewoon geen “Allroad”-voertuig met tweewielaandrijving. Ongeacht de motor vertrek je steeds uit de showroom met de permanente Quattro-vierwielaandrijving.
Om het verbruik te beperken zal Audi de nieuwe generatie Quattro “Ultra” uitbreiden naar de andere motoren, hoewel die momenteel alleen beperkt is tot de 2.0 TFSI. Een nieuwe module zorgt ervoor dat je met voorwielaandrijving en een volledig open achterdifferentieel kunt rijden om de frictie te beperken wanneer je de hulp van de vierwielaandrijving niet nodig hebt. Zo wordt ook het reële verbruik vergeleken met een klassieke Quattro met 0,3 l/100 km verminderd.
Verplichte automaat
De A4 Allroad is – momenteel tenminste – alleen verkrijgbaar met automaat. Dat is een S Tronic met zeven verzetten en dubbele koppeling voor alle motoren, behalve de 3.0 TDI-topmotor. Diens 272 pk en 600 Nm hebben de versterking van een koppelomvormer en de achttraps Tiptronic nodig.
Vier of vijf
De meest veeleisende chauffeurs die het maximale willen halen uit de 20 cm bodemvrijheid kunnen we geruststellen: Volvo biedt ook vierwielaandrijving op zijn V60/S60 CC. Hier is het eerder uitzonderlijk. Het oude platform (dat de modellen onder meer delen met de XC60) gecombineerd met de gloednieuwe 2.0 diesel viercilinder met 150 pk (D3) en 190 pk (D4) kan niet gekoppeld worden aan de vierwielaandrijving. Volvo grijpt dus terug naar de oude vijfcilinder diesel (2.4) met 190 pk (en dus ook D4 heet) om vierwielaandrijving mogelijk te maken.
Die motor kan dan weer niet profiteren van de gloednieuwe achttrapsautomaat, en doet het dus nog steeds met de oude zestraps. Ook de CO2-uitstoot stijgt: 149 g/km. Ter vergelijking: de Audi A4 Allroad Quattro 2.0 TDI 190 S Tronic stelt het met 128 g/km. Zelfs de 3.0 TDI van 272 pk bij Audi houdt het onder 140 g/km…
High-tech of zen?
Heb je je interieur het liefst high-tech en connected of eerder puur, zen en ontspannend? Afhankelijk van je antwoord kies je voor het interieur van de ene of de andere concurrent. Die van de Audi is uiteraard de high-techversie. Met zijn “virtuele cockpit” krijg je een extra groot scherm met ongelooflijke resolutie te zien. Het centrale scherm voor het internet blijft behouden. Of je nu houdt van het fenomeen om onze auto’s in gigantische smartphones te veranderen of niet, de technologie is fantastisch. Vooral omdat het allemaal heel intuïtief blijft.
De V60 CC verraadt dan weer een aanzienlijk ouder ontwerp. Geen XXL-tablet uit de recente XC en V/S90 hier, maar eerder een “oud” scherm, ietwat klein en zonder aanraakfunctie, net als in de klassieke S/V60. Zijn bediening via draaiknop is nog steeds niet heel intuïtief. De sfeer is echter ontspannen en de afwerking verzorgd (zonder echter het niveau van Audi te bereiken…). De rijhouding is rimpelloos dankzij de veelvuldige verstelling. Vooral het zitcomfort is uitstekend!
Break?
Nog een snelle blik in de bagageruimte van onze twee avonturiers voor we de weg op – of af – gaan. De Audi is zonder twijfel de meest praktische. Zowel wat de regelmatige vorm van zijn koffer betreft en zijn verschillende opbergmogelijkheden, als het volume ervan. Hij biedt zelfs 15 liter meer dan het vorige model en 505 liter in totaal. Met de achterbank neergeklapt neemt dat zelfs toe tot 1.510 liter. Vooral wegens te weinig ruimte onder het afdekscherm kan de koffer van de Volvo er niet aan tippen. Het volume bedraagt hier 430 liter (1.241 liter).
Op alle fronten
Onderweg maakt de A4 Allroad indruk. Zijn assemblagekwaliteit, zijn onberispelijke geluiddemping, maar ook zijn prestaties (zowel met de 2.0 TDI 190 pk als met de 3.0 TDI uiteraard…) zorgen daarvoor. Hij is steeds levendig en sereen en schept zo vertrouwen. De optionele gestuurde demping zorgt voor een vlekkeloos werkingscomfort. Een foutloos parcours dus.
Voor een ouder model weet de V60 CC zich te verdedigen. De grote 19-duimsvelgen zorgen voor een iets minder efficiënte filtering dan die van de “gestuurde” A4 Allroad. Het algemene comfort blijft zeker voldoende. We hebben het dan weer iets minder voor het ietwat artificiële stuurgevoel en vooral het te sponzige gevoel van het rempedaal. De vijfcilinder diesel weet met zijn klank en charisma de puristen te plezieren. De viercilinder met enkele (150 pk) en vooral dubbele (190 pk) turbo is gladder, maar krachtig genoeg om niet achterop te hinken.
