68 jaar oud is hij intussen, Volkswagens tweede beroemdste model. Vandaag is de legendarische Transporter – Bulli, hippiebusje of VW-bus zijn maar enkele van zijn talloze bijnamen – aan generatie zes toe, en draait de productie in de fabriek van Hannover op volle toeren. Tien weetjes op een rij.
Het verhaal wil dat de Nederlandse Volkswagen-importeur Ben Pon. Tijdens een bezoek aan de VW-fabriek in Wolfsburg zag hij daar een transportwagentje met motor en chauffeurspost achteraan. Pon zag wel brood in een bestelwagen met dat platform, en stuurde Volkswagen een schets van wat hij in gedachten had. Volkswagen had de handen op dat moment vol met de productie van de Kever, dus duurde het nog tot 1949 voor de productie van de T1 werd goedgekeurd.
Volkswagen-fans wereldwijd kennen het legendarische hippiebusje als “T1”. Maar dat staat niet voor “Type 1”: die naam krijgt intern bij Volkswagen namelijk de Kever. Omdat de Transporter het tweede model is dat Volkswagen in productie bracht, wordt hij in Wolfsburg intern “Type 2” genoemd.
De Duitse toeleverancier Westfalia, die gespecialiseerd was in de ombouw van busjes en bestelwagens, bood vanaf 1950 een kampeerkit aan voor de Volkswagen Transporter. De kampeerkit was volledig uitneembaar, en kon dus ook gewoon thuis worden gelaten als hij niet gebruikt werd. Eind jaren 50 boden Volkswagen en Westfalia pas volledig omgebouwde T1-busjes als kampeerauto aan.
Officieel liep de productie van de tweede generatie van 1967 tot 1979, maar in Latijns-Amerika gingen ze gewoon door. In Brazilië liep de productie zelfs tot 2013, tot daar uiteindelijk de veiligheidsnormen te streng werden voor de T2. Dat betekent dat Volkswagen tot vijf jaar geleden nog steeds een model bouwde met de motor helemaal achterin.
Sinds de jaren 50 was Westfalia de vaste partner van Volkswagen om kampeerversies van de Transporter te bouwen. In 1999 kreeg het toenmalige DaimlerChrysler echter 49 procent van Westfalia in handen, en in 2001 nam het de resterende 51 procent over. Daardoor werd de T4 de laatste generatie van de Transporter die een Westfalia-kampeerversie kreeg. Volkswagen besloot dan maar zelf zijn kampeerversies te bouwen, en presenteerde in 2004 de California op basis van de T5.
Hoewel de productie van de Transporter bijna volledig is geautomatiseerd, gebeurt de ombouw naar een California-versie bijna volledig met de hand. De California-versies worden van de band geplukt in de fabriek in Hannover, en vertrekken per vrachtwagen naar een andere werkplaats in de stad, waar de keuken, tent en het dak met de hand worden geïnstalleerd.
In de jaren 60 en 70 vond Volkswagen met zijn Transporter een perfecte niche in de Verenigde Staten. Het hippiebusje – en in het bijzonder de Samba-versie – was er mateloos populair. Toch verschoof de voorkeur van de Amerikaanse consument richting SUV’s. Vergeleken met de gigantische “RV”-voertuigen, de recreational vehicles, was de Westfalia-versie opeens een kleine nichespeler. Tel daar nog een invoertaks bij, en de kampeerversie werd voor Volkswagen alsmaar moeilijker te verdedigen. Geen California in Californië dus.
Ten tijde van de T3 was Porsche bijzonder actief in de rallysport, en had het een support vehicle nodig. Het oog van Zuffenhausen viel op een Volkswagen Transporter met Syncro-vierwielaandrijving. De 3,2 liter grote flat six en de versnellingsbak van de 911 erin, remmen van de 944 erop en… de B32 was geboren. Er zouden iets minder dan 20 exemplaren van gemaakt zijn.
Volkswagen heeft zowaar enkele cabrioversies van de Transporter gebouwd. Die rijden rond in de eigen fabriek, en worden gebruikt om bezoekers in rond te leiden. Opmerkelijk: de cabrio-Transporters hebben nog een extra zitrij, wat het totaal aantal zitrijen op vier brengt.
Jazeker, het iconische Samba-busje zit ook in het aanbod. Volkswagen heeft een klein Transporter-museum, en biedt een deel van zijn collectie te huur aan. Van de T1 tot de T5: sommige modellen kan je huren om zelf te rijden, andere dienen als aandachttrekker op je evenement. Meer informatie vind je op de verhuurwebsite.
Als de Porsche Taycan een facelift krijgt, is het niet meer dan logisch dat de technisch gelijke Audi e-tron GT volgt. Audi laat nu al enkele foto’s zien van de elektrische sportberline, maar krijgt hij ook de 1.108 pk sterke motoren van de Taycan Turbo GT?
De ex-Alfa Romeo Milano heeft enkele mooie troeven die voor zich spreken.
Net als de kleinere C3 zal deze nieuwe Citroën C3 Aircross beschikbaar zijn op benzine, als hybride en als volledig elektrische versie!
Mazda trakteert zichzelf op een nieuw vlaggenschip met plaats voor 7 personen: dit is de SUV CX-80, die boven de CX-60 en CX-5 komt te staan.
