De nieuwe Mini!

Bijna 10 cm kwam erbij in de lengte en toch ziet de nieuwe Mini er niet zo veel anders uit dan het huidige model. Gezien het succes koos Mini logischerwijze voor een evolutie van de bekende vormtaal, met typische elementen zoals de ronde koplampen en achterlichten met chroomrand, het ‘zwevende’ dak of de hexagonale grille. De nieuwe lichtblokken voor en achter maken in optie gebruik van led-technologie en het dak is nu zonder meerprijs verkrijgbaar in een contrasterende kleur (wit of zwart). Mini zet opnieuw sterk in op personalisatie, met dak- en spiegeldecoraties, een achterspoiler in John Cooper Works-design of strepen op de motorkap. Om maar enkele voorbeelden te noemen. Opmerkelijk is ook dat voor het eerst dakrails beschikbaar zijn.

Nieuwe tellers

De opvallendste wijziging binnenin is de verhuis van de snelheidsmeter. Niet langer een enorme klok in het midden van het dashboard, maar een metertje recht voor de bestuurder, naast de toerenteller. Led- en oranje sfeerverlichting (optie) geven het interieur een extra toets. Mini luisterde ook naar de kritiek over de beperkte ruimte en het zitcomfort. De zetels vooraan hebben een groter verstelbereik en de achterbank kreeg langere zitkussens, al blijft het een compacte vierzitter met kleine koffer (211 liter).

Qua uitrusting kan de Mini weer helemaal mee. Met een schakelaar onder de pook kun je kiezen uit drie Mini Driving Modes (Mid, Sport en Green) die inwerken op het gaspedaal, de besturing en de schakeltijden van de automaat. Vergelijk het met de Eco Pro-instelling bij BMW. Voorts ontwikkelde Mini een hele reeks nieuwe snufjes, van bots- en personenwaarschuwing met noodrem, een head-upscherm en actieve cruise control met camera’s tot apps en internetdiensten.

Drie motoren

Onder de motorkap debuteert een volledig nieuwe generatie krachtbronnen, die net als het platform in de toekomst ook door BMW gebruikt wordt. Bij de lancering in het voorjaar staan er drie versies op het programma. De Mini Cooper heeft een 1.5 driecilinder benzinemotor met turbo, directe injectie en variabele kleppentiming en nokkenassturing. Dit blokje is goed voor 136 pk en 220 Nm.

Toch drijft Mini de downsizing niet helemaal door. De Cooper S maakt zelfs de omgekeerde beweging en ruilt zijn 1.6 voor een ‘dikkere’ 2.0 viercilinder met 192 pk en 280 Nm (8 pk en 40 Nm winst).

De derde variant is de Cooper D, aangedreven door een nieuwe 1.5 driecilinder diesel met 116 pk en 270 Nm. Het lagere gewicht en de betere stroomlijn zorgen voor minder brandstofverbruik, in het geval van de diesel gemiddeld 3,5 l /100 km (92 g CO2/km).