Mercedes-Benz
De Duitse terreinwagen geboren in 1979 vindt zichzelf opnieuw uit voor het elektrische tijdperk. De elektrische G-Klasse heet echter niet EQG, maar G 580 EQ. De specs zijn alvast veelbelovend...
1. Honda NSX
De Honda NSX was vijftien jaar in productie (1990 – 2005) en er werden bijna 19.000 stuks van gemaakt. De NSX was het Japanse antwoord op de Porsche 911 en Ferrari 348 en werd ontwikkeld in samenwerking met Ayrton Senna. De sportwagen klopte zijn rivalen op vlak van pure efficiëntie! Naast de prestaties van zijn V6 van 294 pk en chassis met centrale motor, bouwde de Honda NSX een mooie reputatie op door zijn dagelijks gebruiksgemak en betrouwbaarheid.
2. Honda S2000
Nog een sportieveling met een lange carrière: tien jaar! Vanaf zijn lancering zette de Honda S2000 de markt al op zijn kop met zijn atmosferische vermogen met het hoogste specifieke vermogen! Zelfs Ferrari was geklopt. Zijn tweeliter viercilinder vond zijn 240 pk pas boven 8.000 tpm. Het huzarenstukje was erin geslaagd zijn een betrouwbaar model te ontwikkelen, ondanks die vooruitstrevende technologie.
3. Honda Integra Type R
Wanneer Honda beslist een sportieve variant van zijn Integra te ontwikkelen, levert het geen half werk: 1.8 VTEC van 190 pk bij 7.600 tpm, sperdifferentieel tussen de voorwielen en korte versnellingsbak voor snelle acceleraties. Dit blokje dynamiet leefde voor hoge toeren, wanneer hij begon te klinken als een racewagen.
4. Honda S800
In 1966 bracht Honda op onze markt een buitengewone coupé en cabriolet uit. In een tijd waar sportwagens vooral verouderde Engelse auto’s waren, antwoordde Honda met een minuscule auto (3,33 m) en al even minuscule viercilinder van 800 cc. De concurrentie lachte niet lang: het kleine blokje produceerde dankzij motorfietstechnieken 78 pk bij 8.000 tpm! Voor die tijd was dat science fiction.
