Test: Volkswagen T-Roc Cabriolet, gelukkig huwelijk?

Iedereen weet dat SUV’s als zoete broodjes over de toonbank gaan. Maar hoe meer het aanbod groeit, hoe meer het onderscheid tussen de modellen vervaagt. Om boven het maaiveld uit te steken heeft Volkswagen een radicale oplossing bedacht: het dak gaat eraf.

Een beetje van allebei

Bij Volkswagen dient dit nieuwe model niet enkel als een eerste stap in een nieuw segment, maar het moet ook de cabrioversies vervangen van de Golf en de Beetle, waarvan de verkoopcijfers zijn ingestort. Schaalvoordeel brengt VW ertoe om het modulaire platform MQB te kiezen dat door zowat het hele gamma wordt gebruikt. De onthoofde versie ziet zijn wielbasis met 3,7 centimeter groeien en het gewicht met 194 kilo toenemen in vergelijking met zijn evenknie met vast dak. Met uitzondering van het weglaten van twee deuren oogt het design van deze T-Rocversie verrassend vertrouwd.

Soepele stof

Het grote nieuws zit hem achterin. De T-Roc Cabriolet ziet zijn achteroverhang tot een minimum verkleinen terwijl de kofferklep nagenoeg verticaal staat. Om stroomlijnredenen heeft hij ook een spoiler gekregen, al stellen we ons vragen bij de levensduur van die laatste aangezien je hem spontaan als handgreep gaat gebruiken om de koffer te sluiten.

Zoals gebruikelijk bij Volkswagen – met uitzondering van de zijsprong Eos – gebruikt deze cabriolet een stoffen kap. Die is speciaal ontwikkeld en versterkt om niet te gaan opbollen bij hoge snelheden en klapt bij rijsnelheden van tot 30 km/u in 11 seconden weg in zijn bergvak.

Eentje minder

De ombouw vergroot de hoofdruimte tot aan de wolken, maar het aantal passagiers krimpt wel naar 4. Ondanks de langere wielbasis gaat bovendien de binnenruimte erop achteruit. De vijftig kilo van de kap moeten natuurlijk een plaatsje krijgen achter de achterbank. Volkswagen noemt zijn T-Roc Cabriolet zelf trouwens een 2+2.

Daarnaast vreet de kap ook de kofferruimte aan, die krimpt tot 284 liter, onafhankelijk van of je open rijdt of niet.

Verder zijn het dashboard, de stoelen en de middenconsole overgenomen van de vijfdeursversie. Je geniet dus dezelfde, licht verhoogde zitpositie en de vrij teleurstellende afwerking, die volop inzet op harde kunststoffen.

Geen diesel

In tegenstelling tot zijn evenknie met vast dak kan de T-Roc Cabriolet enkel met benzinemotoren worden besteld. In de neus is dus keuze tussen twee loodvrijdrinkers. De gekende 1.0-turbodriecilinder ontwikkelt hier 115 pk. De 1.5-viercilinder met actieve cilinderuitschakeling gaat tot 150 pk, en kan bovendien als optie worden uitgerust met de versnellingsbak met dubbele koppeling DSG.

Kapsel gespaard

Tijdens het rijden weet deze nieuwe open versie het compromis tussen dynamiek en comfort van zijn kloon met vast dak te behouden. Het hogere gewicht als gevolg van de verbouwing en de bijhorende koetswerkverstevigingen (200 kilo) voel je wel, maar het typische robuuste gevoel van de modellen van het merk is gevrijwaard. Zelfs de koetswerkstijfheid blijft respectabel en de voorruit trilt enkel op zeer hevige oneffenheden of op kasseiwegen. Maar terwijl zijn stijfheid respectabel is, verdient zijn stroomlijn echt een applaus. Met de zijruiten omhoog is het perfect mogelijk om op de snelweg te rijden met het dak open. Zelfs wanneer het windnet opgeplooid ligt in zijn bergvak onder de koffervloer blijven luchtwervelingen tot een minimum beperkt.

Uniek aanbod

Met een basisprijs van 31.000 euro kost de onthoofding van de T-Roc 5.210 euro. Maar deze SUV-cabrio vormt wel een uniek aanbod in alle autosegmenten, aangezien hij vandaag geen rechtstreekse rivaal heeft. Zijn meest directe concurrent is de BMW 2-Reeks Cabriolet, die minstens 36.600 euro kost.

Ons verdict

Deze nieuwe T-Roc vormt niet enkel een uniek aanbod in zijn segment, maar hij is in de eerste plaats ook echt een goede cabrio. Hij combineert een hoge zithouding en de look van een stadscross-over met rijden in de open lucht, en dat doet hij met verve. Het enige minpuntje is de binnenruimte achterin. Je kan niet alles hebben…