Suzuki V-Strom 650XT: voor het avontuur!

Motoren en hun namen: we kunnen er boeken over schrijven. Waarom Suzuki twee letters gebruikt die mee aan de legende van Yamaha schreven, en waarom BMW XR gebruikte voor zijn S1000 terwijl Honda zijn enduro’s zo al sinds 1979 noemt, enfin. De V-Strom 650XT onderscheidt zich dus van de V-Strom door zijn eendenbek, een knipoog naar de DR-Z van Parijs-Dakar en een gimmick die op de productiemodellen werd overgenomen voor het werd toegepast door BMW (de originaliteit van de constructeurs…). Ook de spaakvelgen zijn nieuw, die tubeless-banden aankunnen, en verder… is het dat. Zelfs de banden hebben dezelfde maat.

Verder vinden we de geslaagde V-Strom 650-lijn terug, de tweecilinder in V-vorm van 90 graden, 645 cc groot en 72 pk sterk, de conventionele vork van 43 mm en monoshock achteraan, waarvan de veerweg niet wijzigde. De remmen met drie schijven worden ondersteund door ABS, de boordplank heeft een analoge toerenteller en digitaal scherm (versnelling, temperatuur, gemiddeld verbruik, snelheidsmeter, kilometerteller, tripcomputer, koelvloeistoftemperatuur, klok en brandstofmeter). Verder zijn het antistartsysteem, een beschermplaat voor de motor en het in drie standen verstelbaar windscherm standaard.

Naar eigen smaak

De V-Strom en V-Strom XT (en zelfs de V-Strom 1000) zijn verkrijgbaar met verschillende “packs”, met heel wat uitrusting. Het eerste pack heet “Tourer”, en omvat onder meer een comfort-windscherm, een centrale staander en een topcase. Het pack “Traveller” voegt daar koffers, zijdelingse bescherming en een 12V-stekker aan toe. Het pack “Xplorer”, waar onze XT was mee uitgerust, voegt daar een vleugje avontuur aan toe, met aluminium koffers, die er meer “roots” uitzien dan de plastic versies van het Traveller-pack. De dunne beschermplaat doet de XT er uitzien alsof hij klaar is om Afrika te doorkruisen.

De aluminium koffers voegen heel wat laadruimte toe, maar ook heel wat breedte: bijna 1,15 meter! Dat past dus niet overal tussen. Voorzichtigheid is daarom steeds geboden. Jammer genoeg past er geen integraalhelm in, en de looks zonder koffers hebben iets weg van een stelling.

De V-Strom kost € 8.199, de Touring € 8.899, de Traveller € 9.849 en de Adventure € 10.599. Voeg daar € 400 aan toe voor de XT-versies. Die prijzen liggen ver van de Triumphs en BMW’s voor 800 cc. De concurrentie komt eerder van Kawasaki, met de Versys 650 die tussen € 7.499 en € 8.999 kost.

Een oude bekende

Wanneer je het stuur van de V-Strom vastneemt, is het alsof je een oude bekende tegenkomt, die goedgezind en makkelijk in de omgang is, en die je neemt zoals je bent. De rijhouding voelt heel natuurlijk aan en schept meteen vertrouwen, het brede stuur heeft een perfecte positie, de handbescherming heeft zijn naam niet gestolen, en het grote comfort-windscherm beschermt je inderdaad ruim. Het niet-regelbare zadel blijft met 835 mm desondanks toegankelijk, zit aangenaam, zowel voor de rijder als voor de passagier.

Deze rijhouding is bijzonder klassiek en bijna retro, vergeleken met die van modernere machines zoals de Yamaha Tracer of MV Agusta Turismo Veloce, waarbij je bijna op de brandstoftank lijkt te zitten.

Duurzame relatie

Het motorblok, ex-Gladius en dus ex-SV, kan het nog steeds. Het is vergevingsgezind in lage toeren en toont zich krachtig zonder echt brutaal te worden. Wat sommigen als een gebrek aan karakter beschouwen is hier een troef: de Suzuki is zowel responsief als makkelijk. De V2 kan in de toeren klimmen, maar voelt zich het best in middelhoge toeren. Wanneer je gepakt en gezakt met twee op de motor zit, moet je het motorblok wel uitwringen om bepaalde inhaalmanoeuvres tot een goed einde te brengen.