Test: BMW X7, op Amerikaanse schaal

De BMW X7 is niets minder dan het grootste model van het Beierse merk. Hij kwam uit in 2019 en kreeg een facelift in 2022. Zijn voornaamste concurrenten zijn de Mercedes GLS en de Range Rover. De X7 belooft ons weelderige luxe, maar zonder log te zijn: als goede BMW moet ook dit model een zekere dynamiek behouden. Laten we zien wat er van waar is.

BMW X7, grote kubus

Deze kolos van een BMW X7 is maar liefst 5,18 m lang, 2 m breed en bijna net zo hoog. Gezien zijn Amerikaanse stijl is de X7 ook een groot bakbeest dat niet op zijn lijn let: hij weegt 2,5 ton en gaat shoppen bij de grote maten, met velgen die tot 23 inch groot zijn vanuit de fabriek. Ook de stijl is van het massieve type, met een buitenmaatse grille (waarvan de ‘neusgaten’ zelfs verlicht kunnen worden, voor wie bang is onopgemerkt te blivjen) en een kubusvormige look. Om de lijn echter wat dynamischer te maken, biedt BMW ook een optioneel M Sport-pakket aan, met enkele sportieve opzetstukken. Ook heb je een ruime keuze aan velgen en interieurbekleding.

Groot scherm en ‘terugdraaifunctie’

De facelift van 2022 bracht ook het ‘Curved Display’ met zich mee, het gebogen digitale dashboard dat bestaat uit een personaliseerbaar scherm van 12,3 inch achter het stuurwiel en een centraal aanraakscherm van 14,9 inch. Het multimediasysteem maakt ook gebruik van het nieuwste besturingssysteem van BMW, dat snel en intuïtief werkt. Het geheel is natuurlijk ook compatibel met Apple CarPlay en Android Auto, met of zonder kabel. Ook de stembediening werkt zeer goed.

De X7 is ook uitgerust met alle nieuwste rijhulpsystemen, waaronder een automatische parkeerhulp, die deel uitmaakt van het Parking Assistanca Pack dat standaard wordt meegeleverd. Die heeft zelfs een originele functie die de laatste 50 meter opslaat, in één rijrichting en bij snelheden tot 35 km/u, om die met een druk op de knop automatisch in de tegengestelde richting af te leggen. De X7 kan dus op zijn stappen terugkeren zonder het stuur te moeten aanraken, wat handig is bij het uitrijden van een steile oprit of een smalle garage.

7 VIP-plaatsen

Het interieur is verfijnd, mooi afgewerkt en vooral erg ruim, met standaard 7 zitplaatsen (of optioneel 6 plaatsen met in het midden twee individuele comfortzetels). Op de tweede zitrij is de ruimte al royaal, maar de rugleuning op de middelste plaats is wat hard. De bank kan verschuiven en elektrisch kantelen. De zijdelingse plaatsen klappen met een mooie (maar niet erg snelle) gemotoriseerde beweging neer, om plaats te bieden naar de derde zitrij, waar volwassenen tot een lengte van 1,80 m ook comfortabel kunnen zitten, zelfs wanneer de middelste zitrij volledig naar achteren is geschoven. Weet wel dat de achterste zetels niet instelbaar zijn, en dat hun rugleuningen vrij stevig en plat zijn. Als goede Amerikaan heeft de X7 ook heel wat bekerhouders, die vooraan zelfs verwarmd en gekoeld kunnen worden.

Koffer voor 5, niet voor 7

De koffer is toegankelijk via een klep in twee delen, verdeeld tussen het raam en het onderste deel. Het geheel laat zich elektrisch bedienen en dat zelfs handenvrij, met een voetbeweging onder de bumper. Hoewel er veel laadruimte is met 5 zitplaatsen, slinkt die ruimte aanzienlijk met de 7 zitplaatsen overeind. In dat geval heb je zelfs minder laadvolume dan in een Renault Clio... 

Zes-in-lijn of V8

Het motorengamma bestaat tegenwoordig nog maar uit drie opties: twee benzinemotoren (40i, zescilinder met 381 pk, en M60i, V8 met 530 pk) en een diesel (40d, zescilinder met 340 pk). De prestaties zijn zeer overtuigend, onafhankelijk van de motor die je kiest, en ze hebben allemaal een aangenaam geluid. Ze zijn ook uitgerust met een milde hybridisatie op 48 V, vierwielaandrijving en een uitstekende 8-trapsautomaat van ZF, de maatstaf op dit gebied.

Natuurlijk is het verbruik van de benzinemotoren hoog: reken op 12,5 l/100 km gemiddeld voor de 40i en op 14 l/100 km voor de V8, of nog een pak meer als je een zware voet hebt. De diesel blijft een stuk zuiniger, met ongeveer 10 l/100 km bij een normale rijstijl.

Op luchtkussens

Alle X7’s zijn standaard uitgerust met luchtvering. En hoewel hij niet zo zacht is als een Range Rover, is deze kolos wel erg comfortabel. Ook de standaard meegeleverde dubbele beglazing kon ons bekoren, die de cabine isoleert van lawaai van de buitenwereld.

Qua wegligging is het niet meer dan logisch dat het hier niet om een behendige ballerina gaat, maar deze grote SUV toont zich ook niet log: hij helt nooit te veel over in de bochten en deint ook minder dan een Range Rover. De meesturende achterwielen (standaard op de M60i) zorgen voor nog een beetje meer dynamiek. De X7 is echter niet op zijn gemak in de stad, vooral door zijn grote omvang.

Prijs BMW X7

Gezien het formaat en de luxe aan boord, mag het niet verbazen dat je ongeveer 100.000 euro of meer betaalt, afhankelijk van de versie. Dat is natuurlijk verschrikkelijk duur in absolute zin, maar de verhouding prijs/uitrusting/prestaties is wel interessanter dan bij de concurrentie. De Mercedes GLS kost ongeveer 10.000 euro meer dan een gelijkaardige X7. En dan hebben we het nog niet over de Range Rover gehad, die nog een pak duurder is. Kortom, binnen zijn segment zou je de X7 als een koopje kunnen beschouwen...

Ons verdict

Natuurlijk ziet de X7 er enorm uit op ons continent, de SUV-haters staan haast klaar met de pek en de veren. Maar we moeten toegeven dat deze BMW een mooie balans slaat: hij koppelt de comfortabele sfeer van Amerikaans reizen met de Duitse Gründlichkeit qua weggedrag en afwerking. En voor het segment kan hij een interessante prijs/kwaliteitsverhouding voorleggen. Alleen jammer dat BMW geen plug-inhybride of elektrische versie van de X7 bouwt.