Mercedes-Benz
De Duitse terreinwagen geboren in 1979 vindt zichzelf opnieuw uit voor het elektrische tijdperk. De elektrische G-Klasse heet echter niet EQG, maar G 580 EQ. De specs zijn alvast veelbelovend...
In 1985 vierde Alfa Romeo zijn 75ste verjaardag, en onthulde het een berline om die verjaardag in de kijker te zetten. De klemtoon lag op die verjaardag, want de financiële situatie van het merk was niet rooskleurig. Alfa moest dus water bij de wijn doen, en hergebruikte de aandrijflijn en een deel van de structuur van zijn vorige berline, de Giulietta.
Toen hij werd onthuld, waren de meningen verdeeld. Zijn stijl werd lauw ontvangen en de zwarte streep over de flanken viel niet bij iedereen in de smaak. Toch werd de auto onmiddellijk een succes. Het technische gedeelte was dan wel relatief gedateerd, maar daardoor niet minder geëvolueerd, met een De Dion-achteras en een versnellingsbak die er direct tegen was gemonteerd voor een perfecte gewichtsverdeling.
Bij zijn lancering werd de Alfa Romeo 75 aangedreven door de beroemde viercilinder met dubbele nokkenassen, een motor die het merk al zowat dertig jaar in de rangen had. Maar daarom was hij niet minder up-to-date: een gesofistikeerd lichtmetalen ontwerp en specifiek hoog vermogen. Er waren drie cilinderinhouden beschikbaar: 1.6 (110 pk), 1.8 (120 pk) en 2.0 (128 pk). Zag je het groots, dan kon je kiezen voor een 2.5 V6 (156 pk). Deed je veel afstanden, dan was er een 2.0 turbodiesel van 95 pk.
In 1988 gaf Alfa, dan een onderdeel van Fiat, zijn model een kleine facelift: de buitenkant wijzigde nauwelijks, maar de motoren kregen directe injectie en dubbele ontsteking. De vermogens gingen erop vooruit, net als het gebruiksgemak. Het temperament verloor echter wat van zijn pluimen… De cilinderinhoud van de V6 steeg tot 3 liter, goed voor 188 tot 192 pk, afhankelijk van de versie.
De meest gegeerde modellen vandaag zijn uiteraard de V6 (voor het geluid) en de 1.8 Turbo (met 155 wilde paarden). In perfecte staat kosten de modellen tussen € 10.000 en 12.000. Als je portefeuille niet in perfecte staat is, is de 2.0 Twin Spark een uitstekend alternatief. Hij weegt minder zwaar op de neus dan de V6 en is voorspelbaarder dan de Turbo. Het rijplezier en de betrouwbaarheid zijn op niveau. Reken op ongeveer € 7.000 voor een model in uitstekende staat.
Qua betrouwbaarheid: in tegenstelling tot wat kwatongen beweren, is de 75 niet extreem roestgevoelig. De elektronicaproblemen zijn daarentegen alom aanwezig. Check dus of alles goed werkt voor je de auto koopt. De afwerking staat overigens ook niet op hetzelfde niveau als dat van de Duitsers en de zetels kunnen geleden hebben onder intensief gebruik. De modellen met carburators hebben iets meer onderhoud nodig, de 1.6 is iets te kortademig en de dieselversies laat je beter links liggen door hun lawaai en trillingen. De distributie van de V6 gebeurt met een distributieriem die regelmatig moet worden vervangen. De viercilinders hebben daarentegen een distributieketting.De Duitse terreinwagen geboren in 1979 vindt zichzelf opnieuw uit voor het elektrische tijdperk. De elektrische G-Klasse heet echter niet EQG, maar G 580 EQ. De specs zijn alvast veelbelovend...
Naast een nieuwe look krijgt de facelift van de BMW i4 een nieuwe motorisatie, de xDrive40 met 295 kW (401 pk) en 548 km autonomie.
De Volkswagen ID. Code is een conceptversie van een volledig elektrische SUV boordevol nieuwe technologie! Maar enkel China zal ervan kunnen genieten...
Dit is waarom de Mini Countryman SUV zo gegroeid is met zijn nieuwe generatie: er moest plaats gemaakt worden voor een klein broertje. Dit is de Mini Aceman, een volledig elektrische crossover.