François Piette

4 JUL 2014

Audi A3 e‑tron: in de tegenaanval

Het was tijd voor Audi om te reageren. Terwijl de meeste merken al een hybride hebben, leek Audi de kat uit de boom te kijken. Maar nu gaat het in de tegenaanval.

e-tron

Bij Audi zagen we al klassieke hybrides, concepten van elektrische auto’s en prototypes van plug-inhybrides. Die laatste weg slaat Audi nu verder in met de A3 e-tron. Maar waarover gaat het precies? Dit is een hybride A3, aangedreven door een verbrandingsmotor (benzine) en een elektromotor. De batterijen kun je thuis opnieuw opladen. Vandaar de Engelse benaming ‘plug-in’.

Kern van de zaak

Laten we meteen de aandrijving ontleden. Onder de motorkap zie je niet veel nieuws, namelijk de bekende 1.4 TFSI. Dit viercilinderbenzineblok levert 150 pk en een koppel van 250 Nm. Tussen deze motor en de automatische zesversnellingsbak (S-Tronic) ontdekken we een kleine elektromotor, die het gecombineerde vermogen opvoert tot 204 pk en het koppel tot 350 Nm.   

In enkele cijfers

Na het lezen van die waarden heb je ongetwijfeld begrepen dat deze e-tron sportieve prestaties biedt. En inderdaad: 0 tot 100 km/u word afgelegd in 7,6 seconden en de topsnelheid bedraagt 222 km/u. Helemaal niet slecht als je het meergewicht van de batterij in beschouwing neemt, die 120 kg extra op de achteras legt.

EV-modus

We gaan nog even dieper in op die batterij. Die is herlaadbaar in 3u45 aan een klassiek stopcontact en 2u15 aan een industriële lader? De reële elektrische autonomie bedraagt ongeveer 30 tot 50 km. Zo kunnen het verbruik en de CO2-uitstoot drastisch dalen, tot respectievelijk 1,5 l/100 km en 35 g/km. Deze auto wordt zeker een goede vriend van jouw boekhouder.

Geen groot verschil

Tijd om deze groene A3 even van alle kanten te bekijken. Vooraan zijn de koplampen, de grille en enkele details specifiek, terwijl achteraan de uitlaatpijpen onder de bumper schuilen. In het interieur valt er evenmin veel te signaleren, behalve de beperking van de kofferruimte tot 280 liter en de vervanging van de toerenteller door een ‘econometer’. Het multimediascherm kreeg enkele bijkomende functies om de zuinigheid van jouw rijstijl te meten terwijl je op jouw gsm een app kunt plaatsen om verschillende parameter te controleren. Ideaal om de geek die in jou schuilt, wakker te maken.   

4 modi

Op de boordplank zien we een kleine EV-knop waarmee je tussen vier rijmodi kunt kiezen: EV om helemaal elektrisch te rijden, Hybrid Auto voor de normale hybridemodus die beide motoren combineert voor een optimale zuinigheid, Hybrid Hild om de lading van de batterij op te sparen en Hybrid Charge om de batterij al rijdend te herladen via de verbrandingsmotor.

En in de praktijk?

Audi heeft niet de gewoonte ‘haastwerk’ af te leveren. Dit is een opmerkelijke demonstratie: de stilte in EV-modus heerst in het interieur en zorgt voor een perfect ontspannen rijgevoel, geschikt voor de stad. Zelfs zonder de verbrandingsmotor aan te spreken, volstaan de hernemingen ruimschoots. Hij laat soms zelfs ‘dynamische’ berlines ter plaatse bij het optrekken.

Ook sportief

Op snelwegen is de stand Hybrid Auto het meest aangewezen. De verbrandingsmotor ontwaakt en als je de nood voelt kun je altijd de pook in S-stand schakelen (sportmodus). De minste druk op het gaspedaal maakt de twee motoren levendig, de wijzer van de econometer zakt helemaal en er volgt een energieke duw. Geen twijfel mogelijk, het vermogen van 204 pk en koppel van 350 Nm zijn weldegelijk aanwezig.

Nog een laatste belangrijke detail: op een parcours van 100 km over diverse soorten terrein en met een enthousiast tempo, haalden we uiteindelijk een gemiddelde van 4,7 l/100 km. Weliswaar door in het begin de hele lading van de batterij op te rijden, maar het blijft verbluffend.

Conclusie

38.000 euro is een stevige som. Maar alles bij elkaar genomen, is dit aanbod van Audi verleidelijk  en uitzonderlijk op de markt. Veelzijdigheid is een troef van deze e-tron, die in de stad zacht is als een elektrische auto en op bochtige wegen sportief met zijn 204 paarden. Een mooie demonstratie. We kunnen niet wachten op zijn Duitse neef, de VW Golf GTE.

Advertentie
Advertentie
Advertentie