Test: Omoda E5, het boegbeeld

Op technisch vlak is het model niet gebouwd op een exclusief elektrische basis. Het is eerder een geëlektrificeerde versie van een bestaande SUV met verbrandingsmotor, de Omoda 5. Op de Belgische markt zullen klanten dan ook de keuze hebben tussen beide versies. Als benzineversie wordt de SUV aangedreven door een 1,6 liter-turbo van 185 pk en 275 Nm en heeft het model een grote, eerder sportieve grille. De elektrische versie Omoda E5 heeft dan weer een specifieke neus, met een afgesloten grille waarin de laadpoort zit verwerkt. De technische verschillen zijn ook met het blote oog te zien ter hoogte van de draagarmen achteraan, die nogal uitsteken, en het accupakket dat onder de bodem uitkomt.

Aflopende achterzijde

Het algemene design van het model neigt eerder naar het genre van de SUV-coupé, met een aflopende achterzijde en de illusie van een zwevend dak. De lijnen van de Omoda E5 zijn vrij elegant, maar het geheel laat ook niet echt een originele indruk na. Meer objectief gezien heeft de E5 een lengte van 4,40 m. Daarmee zit hij tussen de Hyundai Kona Electric (4,36 m) en de BYD Atto 3 (4,46 m) in.

‘Geleende’ details

Ook aan boord probeert de Omoda zijn presentatie te verzorgen. Dat doet hij echter met enkele ‘geleende’ elementen, om niet ‘gekopieerd’ te zeggen… De bekleding van de deurpanelen en de transmissiepook op de stuurkolom doen in ieder geval sterk denken aan een Mercedes-Benz. Maar er zijn gelukkig ook enkele originele details die de sfeer opfleuren, zoals de smartphone-achtige verlichting voor de make-upspiegel van de passagier of de sfeerverlichting op het dashboard.

Qua infotainment beschikt de Omoda E5 over twee displays van 12,5 inch die zich in landschapsformaat uitstrekken over het dashboard. Het scherm voor de bestuurder mist wat personalisatiemogelijkheden, maar is wel goed afleesbaar. Het centrale aanraakscherm reageert soms nogal traag en is niet altijd even ergonomisch in gebruik (met vrij kleine toetsen, bijvoorbeeld voor de airco). De ingebouwde navigatie van ons testmodel werkte niet in onze contreien en ook onze twee grootste Belgische landstalen waren niet te vinden in het systeem. Maar deze details zouden opgelost moeten worden tegen de officiële lancering van het model deze zomer. Gelukkig werkte de draadloze Apple CarPlay/Android Auto wel al. Er is ook een inductielader aan boord en, op de topversie, een efficiënte 360°-camera.

Functie volgt vorm, maar nog steeds ruim

Achteraan is er een comfortabele ruimte voor twee volwassenen, al is de hoofdruimte niet oneindig voor de grootsten onder ons door het aflopende dak. De koffer is ook voldoende ruim, ondanks de spitse kont. Je hoeft er gelukkig ook je laadkabel niet in op te bergen, aangezien er onder de motorkap nog een kleine ruimte is voorzien.

Nog een praktisch detail: de Omoda E5 is uitgerust met een V2L-functie (Vehicle-to-load), waarmee externe elektrische apparaten kunnen worden gevoed door de hoogspanningsbatterij (tot 3,3 kW).

Matige tractie

De Omoda E5 beschikt over een LFP-batterij (lithium-ijzerfosfaat) met een capaciteit van 61 kWh. Daarmee haalt het model op papier een WLTP-autonomie van 430 km. De elektromotor drijft op zijn beurt enkel de voorwielen aan met een piekvermogen van 150 kW (204 pk) en 340 Nm koppel. Dat is echter iets te veel voor de voortrein, die het koppel niet kan verwerken als je het gaspedaal diep intrapt. De voorwielen verliezen dus vaak tractie, met ook heftige koppelreacties in het stuur.

Bij rustiger rijgedrag toont de Omoda E5 zich echter aangenamer. Je moet de sprinttijd van 0-100 km/u in 7,6 seconden gewoon niet al te veel willen evenaren. De E5 heeft een vrij overtuigend weggedrag, met een schokdemping die duidelijk het midden probeert te houden tussen comfort en dynamiek. Echte autoliefhebbers zullen echter moeite hebben met het artificieel aanvoelende stuur en een wegligging die wat finesse mist. Ook jammer dat je het regeneratief remmen niet gemakkelijk kan instellen tijdens het rijden, daarvoor moet je via het aanraakscherm navigeren.

De Omoda E5 toont zich wel vrij zuinig met een rustige rechtervoet. We haalden een gemiddelde van 16 kWh/100 km tijdens onze test. Dat zou een reële autonomie van ongeveer 350 km mogelijk maken, wat niet slecht is voor deze klasse. De driefasige boordlader kan tot 11 kW aan bij een gewone laadpaal. De E5 kan echter maar snelladen met gelijkstroom tot 110 kW. Dat is tegenwoordig eerder gemiddeld. Het duurde tijdens onze test ongeveer een halfuur om van zo’n 30% tot 80% bij te laden aan een snellader.

Omoda lanceert de E5 deze zomer officieel op onze markt en zal dan de prijslijst van het model bekendmaken. Voorlopig wegen we enkel dat de Omoda E5 in twee uitvoeringen wordt aangeboden (Comfort en Luxury) en dat zijn instapversie minder dan 40.000 euro zou moeten kosten. Dat maakt hem geen ‘goedkope’ Chinees zoals de BYD Dolphin (die vanaf 29.990 euro wordt aangeboden), maar gezien de standaarduitrusting en de algemene prestaties kunnen we wel spreken van een interessante prijs/kwaliteitverhouding. Het is daarmee eerder een concurrent voor de BYD Atto 3 (vanaf 38.740 euro) en de BYD Seal U (vanaf 42.740 euro). Omoda biedt trouwens een garantie van 7 jaar/150.000 km.

De Omoda E5 is een interessant debuut voor de Chery-groep in Europa. Zijn rijgedrag en sommige uitrusting en designelementen missen nog wat finesse, maar over het algemeen weet de SUV te overtuigen. De toon is dus gezet voor de rest van het offensief…