1. Citroën SM
De naam heeft hem uiteraard flink wat schuine opmerkingen opgeleverd. En toch zat er geen enkele seksuele bijgedachte achter: de afkorting stond gewoon voor “Sport Maserati”. Toen Citroën in 1968 het merk met de drietand overnam gaf het de Italianen de opdracht om een prestigieuze coupé te bedenken die het merk omhoog moest trekken. Maserati maakte een 2.7-V6, die door zijn onbetrouwbare en dorstige aard in het midden van een energiecrisis al snel tot het vroegtijdige einde van het model leidde. Spijtig, want ook vandaag blijft de SM een uitzonderlijk model, met 4 echte zitplaatsen, een hydraulische ophanging en voorwielaandrijving.
2. Fiat Dino
Enzo Ferrari had een partner nodig om 500 V6-motoren te kunnen bouwen die nodig waren om hem te kunnen homologeren voor gebruik in het Formule 2. Uiteraard trok hij naar Fiat, dat destijds een onvergelijkbare industriële slagkracht had in het Italiaanse autolandschap. De massaconstructeur bood een coupé en een cabriolet aan die allebei een nobel Ferrari-hart kregen. Ze ontwikkelden 160 tot 180 pk en produceerden een huil waarvan je nekharen overeind gaan staan. Het werd een echt succesverhaal.
3. Lancia Thema 8.32
Hoe moet je gereputeerde Duitse berlines het vuur aan de schenen gaan leggen als je zelf een kleine Italiaanse constructeur met beperkte middelen bent? Je gaat in zee met je oude partner Ferrari, uiteraard. Het merk met het steigerende paardje leverde de V8 van zijn 308 GTB om de Thema om te toveren tot een dragster. De V8 werd herwerkt voor de transplantatie en gorgelde in de neus van de Thema met een meer ‘Amerikaanse’ stem terwijl hij het de vooras van de voorwielaangedreven Thema knap lastig maakte. Maar wat een machine…
4. Talbot Sunbeam Lotus
In 1977 bevalt Chrysler van een kleine, behoorlijk banale berline die zich nauwelijks kan onderscheiden op een markt die wordt gedomineerd door de VW Golf. Om hem aantrekkelijker te maken voor de liefhebbers heeft het Amerikaanse merk sportieve ambities, dus belt het naar Lotus. De Britse ambachtslui lepelen er een huiseigen viercilinder van 150 pk in. Met die motor doorbreekt de Chrysler (die later een Simca en vervolgens een Talbot wordt) de grens van de 200 km/u en rijdt hij de Golf GTI het snot voor de ogen. Het complexe en dure onderhoud en het rijgedrag dat behoorlijk wat… talent vereist, nekken echter zijn commerciële kansen.
5. Opel Omega Lotus
