Mercedes GLE PHEV vs BMW X5 PHEV: luxe SUV's vergeleken

Design: scherpe hoeken versus rond curves

Laten we duidelijk zijn: beide auto’s zijn nog steeds imposante verschijningen op de weg. Maar als je ze naast elkaar ziet staan, is er duidelijk een verschil in styling. Daar waar de X5 gekenmerkt wordt door scherpe en rechte lijnen (zoals de duidelijke karakterlijn over de flank en de luchtinlaten vooraan), is het bij de Mercedes allemaal wat ronder en boller (zie ook hier de wat meer afgeronde luchtroosters). De forse C-stijl van de GLE is een overblijfsel van de eerste generatie, maar zijn algemene stijl doet ook iets klassieker aan dan die van de BMW. Naar onze mening is de BMW X5 dus het knapst ouder geworden over de verschillende generaties heen.

Zowel de BMW als de Mercedes hebben trouwens een afgeleide coupé-variant van deze modellen in het gamma: de BMW X6 en Mercedes GLE coupé, voor wie qua looks op zoek is naar een meer dynamisch model.

Afmetingen & ruimte: een kwestie van millimeters

De Mercedes GLE heeft een lengte van 4.954 mm en een breedte van 2.018 mm. De BMW X5 is 4.935 mm lang en 2.004 mm breed. Erg aan elkaar gewaagd dus. Datzelfde geldt voor de binnenruimte van beide SUV’s: vooraan heeft niemand reden tot klagen, achteraan heeft de middelste passagier het niet zo comfortabel als de personen links en rechts van hem. Maar ook daar verschillen de BMW en Mercedes dus niet van elkaar.

Zoals het vaker gaat met PHEV’s is het koffervolume het kind van de rekening: de batterij zorgt ervoor dat de bagageruimte met heel wat liters afneemt vergeleken met de modellen met een pure verbrandingsmotor. De GLE verliest zo’n 140 liter en houdt nog 490 liter over. Dat is net iets minder groot dan de X5 die 150 liter moet afgeven aan de batterij, maar wel nog 500 liter overhoudt. De batterij is trouwens ook de reden waarom geen van beide Duitsers te krijgen is als 7-zitter in de PHEV-versie.

De kofferklep van de BMW X5 klapt in twee richtingen open: de achterruit gaat naar omhoog, het deel onder het raam naar beneden. Handig voor wie graag op een bankje zit om bijvoorbeeld van schoenen te wisselen, of als er weinig plaats is om een grote klep te openen. Dan toch een klein verschil in het voordeel van de BMW!

Interieur & technologie: alles of bijna alles via het scherm

Wees gerust: welke keuze je ook maakt, een miskoop zal het niet zijn. In elk van deze luxe-SUV’s zit je comfortabel in een goed afgewerkt interieur, voorzien van alle technologie die je maar kan wensen (als je de extra opties ook kan betalen tenminste…). Ook hier is een winnaar aanduiden dus eerder een kwestie van persoonlijke smaak dan van objectieve plus- en minpunten.

Is alles dan perfect? Nee, uiteraard zijn er voor de X5 en GLE dingen die we liever anders zouden zien. We zijn bijvoorbeeld geen fan van de aanraakknoppen op het stuur van de Mercedes. Dat schoonheidsfoutje maakt Mercedes wel goed met een reeks gebruiksvriendelijke fysieke knoppen voor de airconditioning. Die missen we dan weer bij de BMW, waar die functies bij de laatste facelift naar het touchscreen zijn verhuisd. Er was nochtans wel plaats voor, tussen de twee vreemde knoppen onder het scherm om de ventilatiemonden te bedienen. In beide modellen werken de touchscreens snel en zijn de beelden scherp. Apple CarPlay en Android Auto werken uiteraard draadloos.

De afwerking van de GLE is er ten opzichte van zijn voorganger nog op vooruit gegaan. Het leder en de houtelementen zouden niet misstaan in een auto van (nog) een klasse hoger. De vele ventilatieopeningen in het dashboard zijn prominent aanwezig, maar gelukkig smaakvoller dan de opzichtige turbine-openingen met led-sfeerverlichting die Mercedes in recente interieurs inbouwt (ook dat is subjectief).

De afwerking van de X5 zit op hetzelfde niveau als de Mercedes, alles zit stevig in elkaar en de gebruikte materialen voelen erg premium. Als we ook hier een puntje van kritiek moeten zoeken, vinden we het verlicht X5-logo met pijltjes aan de passagierskant niet meteen een smaakvolle meerwaarde in het interieur. Afwerking in zwarte pianolak is gelukkig een betalende optie, standaard is de BMW voorzien van houten inlegwerk met hoogglans dat er minder snel vies uitziet.

Motoren en laadcapaciteit: meer vermogen, maar trager aan de laadpaal

De Mercedes GLE is verkrijgbaar met twee plug-in hybridemotoren (de 6-cilinder AMG GLE 53 even buiten beschouwing gelaten): de “400 e 4Matic” op basis van een 2 liter-viercilinder benzinemotor en de “350 de 4MATIC” op basis van een 2 liter-viercilinder dieselmotor. Beide krijgen ondersteuning van dezelfde elektromotor en een batterij met een nettocapaciteit van 25,28 kWh. De diesel-hybride heeft een systeemvermogen van 245 kW (333 pk), de benzine-hybride van 280 kW (381 pk). Voor beide belooft Mercedes een elektrische rijbereik van meer dan 100 km, al konden we tijdens onze test met de 400 e 4Matic gemiddeld niet meer dan 70 km uit de batterij persen. Opladen kan aan 11 kW AC, dan is de batterij in iets minder dan 3 uur vol, aan een DC-snellader tot 60 kW duurt dit ongeveer 30 minuten.

De BMW X5 houdt het qua plug-in hybrides bij één benzinemotor: de xDrive50e met een vermogen van 360 kW (489 pk). Met een even grote batterij van 25,7 kWh netto, kan ook hij een 100% elektrische rijbereik van meer dan 100 km aan, maar reken ook hier in praktijk op 70 à 80 km. Dankzij een boordlader, die tegenwoordig ook 11 kW aankan, is de batterij van de X5 aan een AC-laadpaal in 2u45 weer helemaal gevuld. Teleurstellend is wel dat de xDrive50e niet kan snelladen aan een DC-lader. Op langere trips is het dus niet mogelijk de batterij weer volledig te vullen tijdens een snelle koffiestop. Ten opzichte van de Mercedes is dit misschien nog het grootste verschil tussen beide SUV’s.

Rijgedrag: eindelijk een duidelijk verschil

Eenmaal achter het stuur wordt het verschil tussen de BMW X5 en de Mercedes GLE helemaal duidelijk. Met acceleraties van 0 tot 100 km/u van 6,1 seconden (benzine-hybride) tot 6,9 seconden (diesel-hybride) is de Mercedes GLE verre van traag, maar Mercedes trekt heel overtuigend de kaart van het comfort voor dit model. En terecht, want het gaat hem goed af. De GLE is een comfortabele en stille cocon, waarin windgeluiden bijvoorbeeld nog minder doordringen dan in de BMW.

OK, een X5 kan nooit dezelfde hoeveelheid “Freude am Fahren” bieden als een BMW M2 met ongeveer evenveel pk’s, maar de ingenieurs van BMW hebben duidelijk alles uit de kast willen halen om de wetten van de fysica niet te laten gelden voor deze X5 PHEV. Het resultaat is een grote SUV die zijn gewicht slim weet te verbergen en uitnodigt om de volgende bocht weer iets sneller aan te snijden dan de vorige. En snel is de X5 xDrive50e: in amper 4,8 seconden tikt hij vanuit stilstand de 100 km/u aan. De bij de hybride standaard geleverde adaptieve luchtvering zorgt voor een perfecte balans tussen een dynamisch en comfortabel weggedrag.

Prijs: toptechnologie met een stevig prijskaartje

De BMW X5 xDrive50e staat in de catalogus met een prijs vanaf 100.400 euro. De Mercedes-Benz GLE 400 e 4MATIC Luxury Line kost minstens 99.341 euro, de diesel-hybride is er “al” vanaf 92.444 euro. Bovendien is de optielijst bij BMW lang en zijn de opties - en zeker de pakketten - best prijzig.

Conclusie: uitmuntend comfort, of mag het ietsje meer zijn?

Deze twee premium SUV’s kunnen beide zowat alle vakjes afvinken: een imponerend design, geslaagde hybride-motoren, een comfortabel interieur en dito rijgedrag. Alleen blinkt de Mercedes nóg meer uit op dat laatste puntje dan de BMW. Die maakt dan weer indruk met zijn dynamische rijkwaliteiten.

Is het ultiem comfort wat je zoekt en heb je geen voorkeur voor één van de twee merken, dan is de Mercedes GLE hybride een uitstekende keuze. Heb je liever een meer uitnodigende rijdersauto die ondanks zijn dynamische karakter geen compromissen sluit op het vlak van comfort, ruimte of gebruiksgemak, dan is de BMW die extra euro’s dubbel en dik waard!