Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog wou de Spaanse overheid dat iedereen toegang zou krijgen tot de droom van autobezit. De Sociedad Española de Automóviles de Turismo, kortweg Seat, werd vervolgens in 1950 opgericht met de hulp van de Italiaanse constructeur Fiat, dat een belang van 7% nam in het nieuwe merk. Seat werd aanvankelijk bestuurd door het Instituto Nacional de Industria (dat 51% van het kapitaal bezat) en zou nog tot in het begin van de jaren ‘80 aan het roer blijven van het Spaanse bedrijf. De eerste Seats waren dan ook gerebadgede Fiats 600, 1400 en 124 die onder licentie werden gebouwd in Martorell, aan de rand van Barcelona.

Geboorte van een icoon

De eerste generatie van de Ibiza betekende een belangrijke stap voor Seat, dat zich aan het begin van de jaren 1980 losmaakte van Fiat. Het nieuwe model was dan ook het eerste dat door de Spaanse ingenieurs zelf werd ontwikkeld. Om het project in goede banen te leiden, heeft Seat kunnen vertrouwen op de ervaring die het had opgedaan tijdens de samenwerking met de Italianen, maar deed het ook een beroep op de expertise van partners als Giorgetto Giugiaro, die het exterieurdesign op zich nam, Karmann voor het interieur en Porsche voor de aandrijflijn.

Er waren drie uitvoeringen en twee benzinemotoren van 1.200 en 1.500 cc. De eerste Seat Ibiza wist vorm en functie te combineren. Zijn exterieurdesign was onmiddellijk herkenbaar, terwijl zijn lichtmetalen sportvelgen hem een jonge en sportieve toets gaven. In totaal zijn er 1,3 miljoen exemplaren gebouwd van de eerste generatie Seat Ibiza, wat de Spaanse stadswagen naar de uithoeken van Europa bracht, inclusief België dankzij invoerder D’Ieteren.

Germaans-Latijnse tweede generatie

In 1988 werd Seat overgenomen door de Volkswagen-groep. Het was dan ook geen verrassing dat de tweede generatie uit 1993 heel wat technische elementen van het Duitse merk overnam, al behield het model zijn eigen exotische Seat-DNA. De nieuwe generatie werd beter uitgerust en genoot ook van een grote mechanische sprong voorwaarts. Ook de hoofdzetel van Seat in Martorell ging erop vooruit, met een nieuwe fabriek die al snel andere modellen uit het Volkswagen-universum produceerde. Nog een leuk feitje: de tweede generatie Ibiza werd wereldkampioen rally in 1996, 1997 en 1998 in de FIA 2 liter-klasse!

De geboorte van de Ibiza Cupra

De derde generatie Seat Ibiza werd in 2001 onthuld op het autosalon van Bologna, en betekende opnieuw een grote stap voorwaarts qua bouwkwaliteit, techniek, dynamische prestaties en designtaal. De Italiaanse ontwerper Walter de’Silva werkte samen met het Martorell Design Centre om een nieuwe energie en meer sportiviteit naar het gamma te brengen. De derde generatie Seat Ibiza kreeg een atypische vorm voor het segment, wat zijn wendbaarheid en dynamiek verder moest benadrukken. In 2004 lanceerde Seat een echt sportieve versie van de Ibiza: de Cupra (voor ‘cup’ en ‘race’), die twee motoren kreeg (benzine of diesel) en een vermogen tot wel 180 pk! De Cupra-badge zou enkele jaren later uitbloeien tot een volwaardig merk.

De 4e en 5e generaties Ibiza zijn trouw gebleven aan het DNA van het model, met een slimme mix van sportiviteit en een gedurfde styling, gecombineerd met een uitrusting en technologie die mee zijn met hun tijd. De modellen onderscheiden zich ook met een uitstekend dynamisch weggedrag dankzij de nieuwste platforms van de Volkswagen-groep. De vijfde generatie Ibiza is bovendien een van de veiligste modellen van het merk geworden dankzij een semi-autonome rijhulp met de naam Travel Assist.