Jean-Francois Christiaens

14 APR 2021

Test: Dacia Spring, betaalbare elektromobiliteit?

Dacia lanceert een derde revolutie sinds zijn wedergeboorte onder toezicht van de Renault-groep. Deze keer wil het Roemeense merk elektromobiliteit toegankelijk maken voor zoveel mogelijk mensen met de Spring. Een koopje?

Advertentie
Advertentie


20210409124123daciaspring1.jpg

Het lijdt geen twijfel dat Dacia sinds zijn wedergeboorte de autosector op zijn kop heeft gezet. De gok van de Renault-groep van vijftien jaar geleden om een low-costmerk te lanceren met een nieuw economisch model is tot nog toe beloond met succes. Nadat het merk in 2004 de nieuwe automarkt op zijn grondvesten deed daveren met de Logan (en vervolgens de Sandero) en in 2010 de SUV-wereld door elkaar schudde met de Duster, wil het nu de nog volop tot ontluiking komende markt van de elektrische stadswagen onder druk zetten met de Spring. Dacia zegt zelf dat het elektromobiliteit toegankelijk wil maken “voor zoveel mogelijk mensen” met de minst dure EV van Europa.

Alles is relatief?

Concreet betekent dit dat de Spring bij ons een basisprijs kent van 16.999 euro. Dat tarief was mogelijk dankzij het hergebruik van een zeer goedkoop model dat aanvankelijk was bedoeld voor de Indische markt (Renault Kwid) en dat vervolgens elektrisch is gemaakt voor China (waar hij ook wordt gebouwd).

20210409124123daciaspring3.jpg

Natuurlijk geeft dat de Spring (die wel is aangepast aan de Europese normen, vooral dan op het vlak van veiligheid) een zeer competitief prijskaartje op onze elektrische markt. Maar we kunnen ons er toch niet van weerhouden om te denken dat deze geforceerde mars richting elektromobiliteit de automarkt op dit moment naar een vreemde context stuurt. In absolute zin is het toch niet heel vrolijkmakend dat een in China gebouwde, kaalgeplukte stadswagen met een motortje van 45 pk ‘slechts’ 17.000 euro zou kosten. De Logan, die bij ons wordt gebouwd en die veel veelzijdiger is, kon je bij zijn Belgische marktintroductie op de kop tikken voor 7.500 euro.

20210409124126daciaspring9.jpg

Praktisch

Los daarvan heeft deze Spring toch een aantal onmiskenbare kwaliteiten. Naast zijn vrij sympathieke look van een mini-cross-over laat deze Dacia zich vooral smaken door zijn verhouding formaat-binnenruimte. Vier (niet al te grote…) volwassenen kunnen er samen in. In een koetswerk van slechts 3,73 meter is dat een mooie krachttoer.

20210409124126daciaspring8.jpg

Hetzelfde geldt trouwens voor de koffer, want die slikt 270 dm3 VDA/290 liter boodschappen. Voor zo’n kleine stadswagen is dat zeer ruim. Temeer omdat deze Spring, in tegenstelling tot zijn rivalen met verbrandingsmotor, ook nog eens een batterij moet meezeulen. Trouwens: die laatste verhindert Dacia niet om zelfs een reservewiel onder de koffervloer te monteren.

20210409124125daciaspring7.jpg

Als je de rugleuning (uit één stuk) van de achterbank neerklapt, groeit het laadvolume tot 620 liter.

Basic maar functioneel

Wanneer je voorin instapt, ontdek je een vrij basic interieur met harde en weinig flatterende kunststoffen. Maar uiteindelijk is het geheel vrij functioneel. De standaarduitrusting omvat al vanaf de basisversie Comfort stuurbekrachtiging, manuele airco, centrale vergrendeling met afstandsbediening, vier elektrische ruiten, elektrisch verstelbare buitenspiegels en automatische koplampen. Tussen de tellers staat bovendien een digitaal scherm van 3,5 duim. Voor meer functies kies je voor het tweede (en hoogste) uitrustingsniveau Comfort Plus (17.990 euro).

20210409124126daciaspring10.jpg

Je krijgt er dan het multimediasysteem Media Nav bij met een aanraakscherm van 7 duim. Dat systeem kent een intuïtieve ergonomie en een compleet aantal functies (navigatie, DAB-radio, Bluetooth, Apple CarPlay, Android Auto, achteruitrijcamera enzovoort).

De Spring laat zich bovendien van op afstand programmeren via de app My Dacia.

Stug comfort

Daar staat tegenover dat de rijhouding verre van optimaal is. De Spring heeft geen verstelbare stuurkolom. In het model dat wij mochten testen waren de stoelen bovendien veel te hard en zaten we te hoog. Maar dat kwam omdat het om een preserie-exemplaar ging van de versie “Business”, die bedoeld is voor carsharingdiensten. Dacia belooft voor de definitieve modellen zachtere en minder dikke stoelen (waar je dus ook wat minder hoog op zit).

20210409124127daciaspring2.jpg

Dat zou ook het werkingscomfort van de Spring enigszins moeten verbeteren. De ‘houten’ stoelen van onze testwagen helpen de stadswagen namelijk niet om het comfort te verbeteren. Toch leek de schokdemping vrij goed te filteren. Dat moeten we eens nagaan met de andere stoelen.

45 pk?

Op papier is er weinig vrolijks aan de prestaties. De kleine elektromotor die de voorwielen aandrijft ontwikkelt slechts 33 kW (45 pk). In de technische fiche lezen we niet bepaald opwindende cijfers: 0 naar 100 km/u in 19,1 seconden, een kilometer vanuit stilstand in 40,5 seconden en een top van 125 km/u. Ok, sportieve sprints hadden we nu niet verwacht, maar toch…

20210409124127daciaspring13.jpg

Maar eerlijk gezegd: in de praktijk kwijt de kleine elektromotor van de Spring zich zonder problemen van zijn taak. Of toch in een stedelijke of voorstedelijke omgeving zoals het parcours rond Brussel dat Dacia had uitgestippeld voor deze eerste kennismaking. Vergeet niet dat achter het weinig flatterende cijfer van 45 pk ook een koppel van 125 Nm vanaf 500 o/m schuilt. Ter vergelijking: een klein atmosferisch benzinemotortje voor een stadswagen, zoals bijvoorbeeld de 1.0-driecilinder met 67 pk uit de Hyundai i10, ontwikkelt slechts 95 Nm bij 3.500 o/m.

1.045 kilo

Bovendien helpt de bescheiden oorsprong van de Spring en de duidelijk wat ‘lichtere’ afwerking hem om zijn gewicht onder controle te houden. Hij kondigt een rijklaar gewicht aan van 1.045 kilo. Voor een elektrische stadswagen met een batterij van 27,4 kWh die op zichzelf al bijna 200 kilo weegt (186 kilo) is dat indrukwekkend.

20210409124127daciaspring12.jpg

Kortom, in de praktijk glijdt deze Spring zonder problemen met het stadsverkeer mee. Hij blijkt er bovendien een fijn rijplezier te bieden. In een verlaten bocht probeerden we toch even een ‘sportievere’ rijstijl, gewoon om te zien. Door de sterke rolneigingen en de beperkte grip van zijn Chinese banden (Linglong) wist onze auto die oefening duidelijk slechts matig op prijs te stellen.

We probeerden ook een stukje snelweg. Daar moet je natuurlijk rekening houden met zijn meer beperkte prestaties bij het invoegen. Hoe meer je de topsnelheid van 125 km/u nadert, des te slapper wordt de acceleratie. Maar een kleine stadswagen met een instapmotortje moet je net zo goed tot het uiterste uitwringen om op de snelweg in te voegen.

Boven de 100 km/u valt echter wel op dat de rechtuitstabiliteit van de Spring wat matiger wordt. Het is duidelijk dat de snelweg niet zijn favoriete speelterrein is. Ook zijn verbruik lijkt daar sterk toe te nemen. We reden slechts een paar kilometer op de snelweg, maar het gemiddelde verbruik volgens de boordcomputer ging heel snel de hoogte in.

20210409124127daciaspring11.jpg

250 kilometer

Omgekeerd lijkt de Spring vrij zuinig met zijn elektronen om te springen bij vloeiend stadsverkeer. Wij klokten onze totale rondrit (met inbegrip van de uitstap op de snelweg) af op 10,9 kWh/100 km. Dat verbruik komt in de buurt van het officiële WLTP-verbruik op de stadscyclus (10 kWh/100 km), zodat je mag uitgaan van een bereik van 305 kilometer bereik bij stadsgebruik. De Spring kondigt voor een gemengd gebruik een dorst aan van 13,9 kWh/00 km en een officieel WLTP-rijbereik van 230 kilometer. Na onze lus van 70 kilometer beloofde onze testwagen dat er nog 180 kilometer rijbereik over was.

20210409124125daciaspring6.jpg

Voor een elektrische stadswagen lijkt deze actieradius dus vrij comfortabel. De duurdere Renault Twingo Electric houdt het bij een batterij van 22 kWh en kan aanspraak maken op een officieel WLTP-bereik van slechts 190 kilometer (ongeveer 160 kilometer in de praktijk).

“Snel”laden

Standaard is de Spring uitgerust met een eenfasige lader die 2 tot 6,6 kW verteert. Aan een huishoudstopcontact moet je rekenen op een oplaadtijd van zo’n 13 uur. Aan enkelfasige laadpunten van 3,7 of 7,4 kW daalt de laadtijd naar respectievelijk 8,5 uur of 5 uur.

20210409124124daciaspring4.jpg

In de Comfort Plus kan je als optie ook nog kiezen voor een snellaadmogelijkheid met gelijkstroom. Het maximaal te verteren vermogen ligt dan op slechts 30 kW, maar de prijs is heel redelijk (250 euro) en je kan zo 80 procent van de lading recupereren in minder dan een uur als dat nodig zou zijn.

Ons verdict

De Spring houdt woord: voor een elektrisch model is hij ‘betaalbaar’ en zijn prestaties volstaan ruimschoots voor een stadswagen. Je moet natuurlijk wel kunnen leven met zeer basic afwerking… en het zal heel veel kilometers duren voor je de meerprijs tegenover een vergelijkbare stadswagen met benzinemotor hebt terugverdiend.

20210409124124daciaspring5.jpg

Op zoek naar een elektrische wagen?

Ben jij op zoek naar een elektrische wagen? Kies uit meer dan 30.000 wagens op VROOM.be. Nieuw én tweedehands! Ontdek onze nieuwste zoekertjes voor elektrische wagens nu hier:

Advertentie
Advertentie
Advertentie