François Piette

22 OKT 2011

Een halve eeuw wilde katten

Op de lange motorkap en voorvleugels voor mij reflecteren de plataanbomen aan de rand van de weg. Het gedempte gezoem van de motor geeft me koude rillingen. Ik duw op het gaspedaal. Het zachte gegrom gaat over in hees gebrul en de kracht ontplooit zich. Ik rijd met de MK2, waarmee Jaguar in 1959 de sportberline uitvond. Is de XFR in staat om 52 jaar later deze zware erfenis te dragen?

Niet te vergelijken

Natuurlijk is het niet onze bedoeling om een droge vergelijking te maken tussen de charismatische MK2 met de hoogtechnologische XFR, maar eerder om de verwantschap tussen de twee iconen te zoeken. Een korte blik volstaat om de grondige evolutie zien.

De MK2 behoort tot een ander tijdperk. Een revolutionaire tijd waarin het ontwerp nog niet de vrucht was van het evenwicht tussen aerodynamica, veiligheidsnormen en stijlbeperkingen. Neen, het opmerkelijke design van de MK2 werd bedacht door een geniale man, William Lyons, directeur van het merk. Het zuivere ontwerp straalt subtiliteit, kracht en onsterfelijke gratie uit. De MK2 is niet alleen een elegante auto, het is een prachtig object. Ik zou hem zou in mijn salon plaatsen!

De XFR beschikt dan weer over alle gimmicks van een moderne sportwagen. Concreet bedoelen we strakke koplampen die agressiviteit suggereren, een steile daklijn, zeer brede sporen en opvallende uitlaateinden. In vergelijking met de subtiele MK2 mist de XFR misschien wat finesse. Maar plaats hem binnen de huidige context en de conclusie luidt helemaal anders: het is een van de mooiste berlines van het moment. Dat is subjectief, maar ik ben ervan overtuigd.

Ontspannen sfeer

Instappen in de XFR is als ene modewinkel betreden, boordevol gadgets waarvan het ene al meer verbazing wekt dan het andere. Bij het vertrek draaien de ventilatieroosters en komt de versnellingshendel tevoorschijn in de centrale console. Of dat mooie toneeltje veel bijdraagt tot de edelheid van deze bolide durven we te betwijfelen. De sfeer in de XFR blijft relatief sober en onderscheidt zich alleen van de andere XF’en door enkele R-logo’s. Dat is geen slechte zaak, want de knusse cocon (de trouwens ruim genoeg is) is zeer aangenaam, op voorwaarde dat je de monotone zwarte aankleding van onze testwagen vermijdt. Voorts is het een moderne sportieveling, boordevol verbindingsmogelijkheden en een precieze en intuïtieve gps.

In de MK2 wordt het hightecharsenaal ingeruild voor Britse cottagestijl. Massief hout, kleine kraakjes, schitterende leeslampjes, verfijnde chroomaccenten, kleine ronde tellers: alles is aanwezig om je meteen kippenvel te bezorgen. Zelden was een interieur zo warm. Maar ergonomisch is het helemaal niet: de plaatsing van de instrumenten lijkt gedicteerd door de stijl.

Knalprestaties

In de XFR pulseert de startknop als een kloppend hart: even drukken en de V8 komt spectaculair tot leven. We plaatsen de schakelhendel in D en zijn vertrokken. Je moet het gaspedaal goed doseren. De vijfliter V8 is voorzien van een compressor en levert 510 pk. Onnodig te zeggen dat je hem zacht moet behandelen om de achterbanden niet op te roken. Hou je daar rekening mee, dan blijkt deze wildebras opmerkelijk stil. Duw je door, dan projecteert de kracht je naar voor, wordt je ruggengraat mishandeld en tiert de V8. De automaat telt zes versnellingen maar door de snelle schakelovergangen is er niet eens de tijd om ze te tellen. In manuele modus, met paletten achter het stuurwiel, bereikt de doeltreffendheid zijn top.

Aan zijn stand verplicht

Even terug naar 1959. Jaguar plaatst zijn prestigieuze 3.8 XK-motor onder de motorkap van zijn berline. De motor heeft zijn waarde al bewezen met tal van overwinningen in de 24 uren van Le Mans. Stel je even de Audi A6 voor met de motor van de R15-racewagen en je krijgt een idee van dit beest. Terug naar de Jaguar. De 3.8 zescilinder-in-lijn is voorzien van een dubbele bovenliggende nokkenas en twee op en top Britse SU-carburators. Een derde exemplaar ontbreekt alleen om er geen plaats meer over was. Desondanks is de Jag goed voor 220 pk, meer dan 200 km/u topsnelheid en 0 tot 100 km/u in 8,5 seconden. Nooit gezien voor een berline uit die tijd.

Bij het vertrek antwoordt de motor met een diepe stem en die een buitengewoon potentieel doet vermoeden. Op de weg is de woesteling beschaafd en profiteert hij van het aanzienlijke koppel. Maar het rechterpedaal dient natuurlijk niet als vloerversiering. We geven het een forse duw en gaan rillen van plezier. De zescilinder brult en speelt een metaalachtige partituur af waarvan je haren gaan rechtstaan. Uniek en onvergetelijk. De trillingen in het stuur en je billen illustreren de kracht van de mechaniek die hard doorduwt. Heel hard. De prestaties van de MK2 zijn natuurlijk van een andere orde en tijd dan die van de XFR. Maar we beloven dat hij sensaties te over heeft. Zelfs vandaag zijn de prestaties helemaal niet belachelijk.

En in de bochten?

Vier schijfremmen, staat geschreven op de achterbumper van de MK2. Het was de eerste seriewagen die ze standaard had. En ze stellen niet teleur: hij remt stabiel en krachtig genoeg, maar je moet wel een stevige voet hebben. Een MK2 laat zich niet met de vingertoppen bedienen. Remmen, koppeling, gaspedaal: alle bedieningen vragen een stevige actie. En het stuur? Span je biceps maar op! De besturing is zwaar en onnauwkeurig, moeten we helaas vaststellen. Jammer, want het onderstel lijkt wel evenwichtig en het vermogen wordt vlot overgebracht.

Met 300 pk meer vergt het gaspedaal van de XFR een zekere terughoudendheid om te voorkomen dat de achtertrein direct uitbreekt. Het ESP waakt en sluit een kleine drift niet uit, maar voorkomt grote uitschuivers. Kortom, plezierig, doeltreffend en goed afgesteld. De XFR is qua evenwichtigheid een waardige erfgenaam van de MK2. Gemakkelijk te bedienen, gezond in zijn reacties en altijd amusant, de XFR is een plezier om te besturen.

Kostenplaatje

Een XFR kopen is gemakkelijk: stap een Jaguar-dealer binnen met 94.300 euro, teken een bestelbon en de zaak is beklonken. Een smak geld, maar nog altijd veel minder dan de prijs van een Mercedes E 63 AMG. Charisma, prestige en topprestaties voor een goede prijs: de geest van de MK2 bleef bewaard. Qua verbruik moet je rekenen op 16 l/100 km met een normale rechtervoet.

De aanschaf van een MK2 is niet veel moeilijker. Snuister in de zoekertjes en hou minimaal 30.000 euro achter de hand voor een exemplaar in goede staat. Als de middelen het toelaten, twijfel dan niet om een exemplaar in perfecte staat te kopen. De dorst van de MK2 schommelt tussen 15 en 20 l/100 km, voor een goed afgesteld exemplaar dat voorzichtig bestuurd wordt.

Conclusie

De XFR is een formidabel, modern en veelzijdig vervoermiddel dat zowel in de drukke stad, op bochtige wegen als op circuit ingezet kan worden. Zijn gebruiksgemak wordt gecombineerd met een topuitrusting die zich laat bedienen als speelgoed. Als achterkleindochter van de MK2 vergeet hij gelukkig de kleine dosis charme niet die zo kenmerkend is voor zijn karakter.

Maar qua karakter wordt de XFR nog altijd gedomineerd door zijn voorouder. Het charisma van de MK2 is opwindend, de fijne details maken indruk op iedereen en de nobele mechaniek is in staat om tranen van vreugde op te wekken. Vergeet niet dat deze schoonheid al meer dan vijftig jaar oud is. Zijn besturing is onaangenaam in stadscentra en een ware beproeving op slechte wegen.

De afstammeling XFR heeft eenzelfde karakter waar je niet ongevoelig voor blijft. Maar neem de MK2 mee naar een mooie beboste autoweg en het nirwana is niet ver weg. Dat moment van puur geluk doet je al de rest vergeten. De eeuwige strijd tussen vintagecharme en moderne doeltreffendheid …

Met dank aan The Classic Club voor het uitlenen van deze prachtige MK2.

Advertentie
Advertentie
Advertentie