François Piette

23 SEP 2010

Opnieuw klassiek

Er was een tijd dat Citroën alles anders deed dan de andere automerken en vastgeroeste ideeën door elkaar gooide. Een eigenaardige filosofie voor zo’n grote constructeur, maar dat leverde wel pareltjes van technologie en creativiteit op. Met de nieuwe C4 loopt Citroën weer gewoon in de pas en zet het alles in op een hoog afwerkingsniveau. Vraag is of de beoogde klanten zich daarin kunnen vinden.

Duits kantje

Het Franse merk is niet te beroerd om toe te geven dat de Duitse concurrentie in dit segment de lakens uitdeelt. Dit in tegenstelling tot het segment van de monovolumes, waar de Fransen heer en meester zijn.

De C4 ruilt zijn gekunstelde maar gedurfde uiterlijk voor een dynamisch, gebald en klassieker koetswerk dat nauwer aansluit bij de concurrentie. We herkennen er zelfs elementen van de Audi A3 Sportback in. De vloeiende en strakke lijn van de C4 bevalt ons wel. Verkies je het typische charisma van het merk met de visgraat, dan wacht je beter nog even op de originele DS4.

Forse afmetingen

De nieuwe C4 groeit op alle fronten: 4,33 m lang, 1,79 m breed en 1,49 m hoog. Uiteraard komt dit ten goede aan de binnenruimte, maar vooral ook aan de koffer, die een recordvolume van 408 liter neerzet. De referentie in de categorie, de Volkswagen Golf, moet het stellen met 350 liter. Die indruk van ruimte hebben we ook op de achterbank: de hoofdruimte is er meer dan correct. Deze keer kleeft mijn haar niet tegen de dakhemel.

Robuust

Aan de buitenzijde oogt de C4 indrukwekkend dankzij de brede schouders, de platte neus en het korte achterste. Hij heeft een sportieve, stevige uitstraling. Die indruk wordt binnenin voortgezet. Het drukke instrumentenbord en het aparte stuur van de vorige C4 werden naar de prullenbak verwezen. Dit is netjes, gebruiksvriendelijk en... Duits.

Alle instrumenten zijn duidelijk afleesbaar voor de bestuurder opgesteld. De afwerking is een hoger segment waardig, net als de uitrusting. Toch een kleine opmerking: de talrijke drukknoppen op het stuur vergemakkelijken de zoektocht door de vele menu’s helemaal niet. Maar misschien is dat een kwestie van gewoonte.

e-HDI

Zoals zijn naam al laat vermoeden, wordt het eHDI-pakket aangeboden op de HDI-dieselmotoren van de groep. Die krijgen dan een start-stopsysteem dat de motor automatisch uitschakelt bij stilstand. Niets nieuws onder de zon. Wel innovatief is het e-boostersysteem, dat in werking treedt als de motor weer gestart moet worden. Het systeem garandeert een stille en snelle start zonder trillingen.

Een van de andere maatregelen is de intelligente alternator die energie opslaat als de auto afremt. Tijdens de acceleratie wordt de wrijving verminderd, waardoor er voor dezelfde prestaties minder brandstof nodig is.
Verder voorziet PSA de e-HDI van banden met lage rolweerstand en verlengt het de verhoudingen van de versnellingsbak. In de praktijk voel je haast niet dat de motor wordt stilgelegd en bij de zeer snelle herstart merk je bijna geen trillingen.

Topuitrusting

Een blik op de uitrustingsfiche leert ons dat de uitrusting erg compleet is: een 230V-stekker, USB- en Bluetoothaansluiting, een panoramadak, individualiseerbare instrumenten en zetels met een elektrisch regelbare lendensteun én een massagefunctie. Uniek in dit segment. Droom bij de term ‘massage’ niet van een of andere Thaise schone, de massage beperkt zich tot het opblazen en weer aflaten van de onderzijde van de rugleuning. In het begin voelt het erg aangenaam aan, maar het gaat snel vervelen.

Op de weg

Tijdens onze eerste test mochten we met drie motorversies op weg. Laten we beginnen met de 1.6 THP met 155 pk, die in dit geval gekoppeld werd aan de gerobotiseerde versnellingsbak met zes verhoudingen. Over deze benzinemotor niets dan goeds: soepel, altijd beschikbaar, stil en krachtig, kortom een pareltje. Bovendien gaat hij erg zuinig om met de kostbare brandstof.

De versnellingsbak kon ons daarentegen niet bekoren. Hij loopt achter op de laatste ontwikkelingen. Vreemd genoeg lijkt het huwelijk tussen deze bak en de 1.6 HDI beter geslaagd. Bij een normale en relaxte rijstijl voldoet hij helemaal, maar zodra je er de pees op legt, komen zijn tekortkomingen bovendrijven: hij is wat te traag en het beheer is minder intelligent dan dat van de laatste bakken met dubbele koppeling (EDC van Renault of DSG van Volkswagen).

Bij de diesels is de 2-liter met 150 pk erg krachtig en altijd beschikbaar. Je zou er zowaar de (nochtans uitstekende) manuele zesbak bij vergeten.

De e-HDI met 112 pk is het beste compromis: de motor is voldoende krachtig en het start-stopsysteem is een juweeltje op zich dat zacht en snel reageert. Je combineert hem het best met de manuele versnellingsbak. Dan wordt de motor immers stilgelegd zodra je trager dan 20 km/u rijdt, terwijl dit bij de gerobotiseerde bak pas gebeurt bij minder dan 8 km/u.

Het onderstel voelt erg comfortabel en tegelijk efficiënt aan, terwijl het motorgeluid uitzonderlijk goed gedempt is. Maar we wachten toch op een uitgebreide testrit om hierover een definitief oordeel te vellen.

Conclusie

Geen twijfel mogelijk: de C4 is een homogene auto van topkwaliteit. Misschien zal hij het segment niet overrompelen, maar hij heeft de verdienste om de geviseerde concurrentie met sterke troeven het vuur aan de schenen te leggen.
 

Advertentie
Advertentie
Advertentie