Geen Bretoense kasten meer

Lang geleden (misschien wel té lang geleden) werden de breaks van Volvo uit één blok gehouwen. Ze straalden robuustheid uit maar hadden het sex-appeal van een potvis. Om dat hardnekkige beeld van zich af te schudden, heeft Volvo de afgelopen jaren veel knappere producten gepresenteerd, zonder de gewoontes van het huis te negeren.    

De C30, XC60 en recenter de S60 en V60 overtuigden al snel met een veel ambitieuzere stijl. Het nieuwste model, deze V40, is het toppunt. Hij is nostalgisch, herinnert aan de mooiste van alle Volvo’s (de P1800) door zijn gordellijn en heeft een speelse en zelfs sportieve stijl die rekening houdt met de karaktertrekken van het huis. De V40 is een gedurfde kruising van een break, een coupé en een compacte berline en is 4,37 meter lang.   

Personaliseren

Zelfde vaststelling in het interieur. De sfeer is er warm en puur, al was het maar door de zwevende centrale console, een bekend element dat nog altijd effect sorteert. Het panoramadak voegt veel licht toe en ook de verschillende kleuren van de bekleding spelen hierin een rol. 

En dan zijn er nog de instrumenten. Volvo kondigde met veel tamtam tellers aan die je kunt personaliseren met drie thema’s: elegant, ECO of sportief. Leuk in het begin, maar zeker niet onmisbaar en eerder een gadget en dan een sprong voorwaarts voor de ergonomie. Qua afwerking staat Volvo visueel dichtbij de Duitse concurrentie maar op de weg hoorden we enkele parasietgeluiden, met name in de centrale console. Iets om op te letten bij de seriemodellen.

Ruim?

Een beperking van het design is het verstoorde zicht naar achteren door de C-stijl. De ruimte binnenin is wel correct, weliswaar iets minder voor de knieën van de passagiers achterin. De koffer heeft een beperkt volume (335 liter) maar is vlot moduleerbaar en geometrisch van vorm zoals we het graag zien.

Veilig als een Volvo

Volvo en veiligheid, dat gaat terug tot in het stenen tijdperk. Deze V40 is een verzameling van technologie, met zelfs een wereldpremière: de airbag voor voetgangers. Nog om de voetgangers te beschermen, remt het voetgangerdetectiesysteem de wagen automatisch af tot 50 km/u, tegenover 35 km/u vroeger.

Volvo voegt daar het traditionele arsenaal aan toe, zoals City Safety (dat de auto automatisch afremt om een ongeval te voorkomen), het dodehoeksysteem (dat auto’s opmerkt die plots achter jou in de dode hoek opduiken), de waarschuwing voor wegmarkeringen, enzovoort.

De motoren

Het gros van de verkoop bij ons wordt ongetwijfeld verzekerd door de kleine diesel D2. Zijn 1.6 turbo die 115 paarden ontwikkelt, belooft een CO2-uitstoot van 94 g/km en een verbruik van 3,6 l/100 km. Interessant voor de fiscaliteit en het Voordeel Alle Aard (VAA).  Voor wie betere prestaties verlangt, leveren de leuke vijfcilinders van het merk, de D3 en de D4, respectievelijk 150 en 177 paarden, zonder meer uit te stoten dan 115 g CO2/km.

Bij de benzineversies zijn de T3 en de T4 uitgerust met een 1.6 viercilinder met 150 en 180 pk. De top van het gamma, de T5, geniet van een vijfcilinder turbo met 254 pk, exclusief verkrijgbaar met een automaat.

Niet ideaal achter het stuur

De eerste en negatieve indruk voor een grote jongen als ik: de rijpositie is nogal hoog, te wijten aan de elektrische zetels die niet genoeg zakken. Dit gezegd zijnde, na enkele honderden meters rijden geraak je het wel gewoon.

Op de bochtige wegen in de buurt van Venetië etaleert de V40 zijn kwaliteiten. Hij is wendbaar en heeft een snedig, snel reagerend weggedrag, maar blijft altijd zeer veilig. Nooit zal hij je verrassen door plots uit te breken, het evenwicht blijft altijd perfect neutraal. Mooi werk! Bovendien filtert de schokdemping verbazingwekkend goed en beweegt het koetswerk niet.

Het comfort is een sterk punt van deze V40, dankzij een perfecte geluiddemping (vooral mechanisch) en zetels die perfect zitten, een traditie van het huis.

Wat geeft dat?

Laten we het maar meteen zeggen: de D2 stelde ons teleur. Net als in de Audi A3 die we een week eerder getest hadden, zijn de verhoudingen van de manuele versnellingsbak ongelooflijk lang, wat nefast is voor de dynamische prestaties van de motor. We moeten wel vermelden dat de bergwegen en de 18-duimsvelgen niet helpen…

De D4 is daarentegen plezanter. De (optionele) automaat reageert soms onbezonnen, maar de vijfcilinder gomt de foutjes van de transmissie weg door bij alle toerentallen stevig te duwen met een beheerst en hees geluid.  

De T4 benzine biedt interessante prestaties, maar die worden enigszins gefnuikt door de versnellingsbak met te trage schakelovergangen, een sportief maar te nerveus beheer en een algemeen gebrek aan onderscheidingsvermogen. De T4 blijft wel sportief.

En tegenover Audi?

Volvo biedt de V40 D2 aan vanaf 22.990 euro, een lagere prijs dan die van de A3. Tegenover de Audi loopt de V40 achter qua infotainmentsysteem (een beetje complexer en minder volledig) en de afwerking van het interieur, maar hij slaat terug met een meer uitgesproken persoonlijkheid, een warmere sfeer binnenin en een vollediger veiligheidsarsenaal. Een sterke outsider!